Amos 3

Laten de wilde dieren hun honger vergeten, want de weiden zullen weer groen worden en de bomen zullen weer uitbotten. De vijgenboom en de wijnstok zullen vrucht dragen, net als vroeger. 1Wees blij, inwoners van Jeruzalem, en verheug u in de Here, uw God. Hij geeft u weer de heilzame regen als teken van zijn vergeving. Net als vroeger zal Hij zowel de voorjaarsregens als de najaarsregens laten vallen. 2Het koren zal hoog liggen opgestapeld op de dorsvloeren en de perskuipen zullen overstromen van jonge wijn en olijfolie.

3‘Ik zal u de oogsten vergoeden die de sprinkhanen al die jaren hebben opgegeten. U krijgt terug wat verloren ging door die grote legermacht die Ik op u had losgelaten. 4U zult weer ruimschoots voldoende voedsel hebben. Dan zult u de Here, uw God, loven om de wonderen die Hij voor u heeft gedaan. 5En u zult weten dat Ik hier bij mijn volk Israël ben en dat Ik alleen de Here, uw God, ben. Mijn volk zal nooit meer zoʼn ramp als deze te verwerken krijgen.

6En daarna zal Ik mijn Geest over alle mensen uitstorten. Uw zonen en dochters zullen Gods woorden spreken. Oudere mannen zullen betekenisvolle dromen hebben en uw jonge mannen zullen visioenen zien. 7Ik zal mijn Geest óók uitstorten op uw slaven, mannen zowel als vrouwen, 8en Ik zal wonderlijke dingen laten gebeuren in de hemel en op de aarde: bloed, vuur en rookwolken. 9De zon zal veranderen in duisternis en de maan in bloed, voordat die grote en ontzagwekkende dag van de Here aanbreekt.

10Ieder die dan de naam van de Here aanroept, zal gered worden, want de berg Sion en Jeruzalem zullen een toevluchtsoord zijn, zoals de Here heeft beloofd. Want ieder die Hij, de Here, roept, zal worden gered.’ 11

Het proces tegen de volken

12‘In die tijd, wanneer Ik het lot van Juda en Jeruzalem verander,’ zegt de Here, 13‘zal Ik alle volken van de wereld verzamelen in het “Dal waar de Here oordeelt”. Ik zal daar een proces tegen hen aanspannen, omdat zij mijn volk kwaad hebben gedaan en mijn erfenis, Israël, over de hele wereld hebben verstrooid en mijn land onder elkaar hebben verdeeld. 14Zij hebben een deel van mijn volk tot slaaf gemaakt en verhandelden een jongen voor een prostituee en een meisje voor genoeg wijn om dronken van te worden.

15Probeer niet tussenbeide te komen, Tyrus en Sidon! Willen jullie wraak op Mij nemen, steden van de Filistijnen? Pas op of Ik zal snel terugslaan en de wraak op jullie eigen hoofden laten neerkomen!
Copyright information for NldHTB